marcel-en-mark-naar-marokko.reismee.nl

Laatste trip in Marokko

De laatste dag zijn we verrast door veel regen. Om op tijd bij de boot te zijn, zijn we om half negen vertrokken. De wegen waren nat en verraderlijk glad. Daar zijn we inmiddels al een beetje aan gewend. Ook de plaatselijke bevolking hield rekening met de slechte wegen en reed rustig. De laatste trip ging over een bergpas. Ondanks de regen hebben we toch ook van deze trip genoten. Vanwege het slechte weer hebben Marcel en ik besloten toch maar de boot te nemen naar Sete. We hebben met een aantal reisgenoten nog geprobeerd om tot Barcelona mee te mogen varen maar, de Spaanse politie gaf geen toestemming omdat de tickets op Sete stonden. Dan maar doorvaren tot Sete. Dat duurt ongeveer 40 uur. Op de boot is helaas weinig te doen. Het wordt een lange zit. We zeggen nu al tegen elkaar: "waren we toch maar naar Gibraltar overgestoken". Dat is achteraf. We kijken terug op een hele mooie reis. We hebben veel gezien en beleefd. Door de kennismaking met Marokko zijn we een enorme ervaring rijker over het leven in dit deel van Afrika.

Chefchaouen

De laatste rustdag in Marokko hebben we vandaag beleefd. Hoewel voor vandaag een route was uitgezet hebben we toch besloten om niet te rijden. De wegen in en rond Chefchaouen zijn verraderlijk glad. Het asfalt lijkt wel een gepolijst aanrechtblad. Bovendien willen we ook de Medina van Chefchaouen verkennen. Met een groepje zijn we daar naar toe gewandeld. Het bezoek aan de Medina is zeker de moeite waard. Er hangt een gemoedelijke sfeer. De verkopers dringen niet aan zoals in Marrakesh en Fes. Het stadje zelf is volledig in de kleuren blauw en wit geschilderd. De foto's geven een duidelijk beeld. Voor morgen zijn de weersvoorspellingen niet zo goed. Het gaat regenen. En dat op onze laatste dag in Marokko. We rijden morgen naar de boot in Tanger Med. Dan laten we het indrukwekkende Marokko achter ons en beginnen we aan de terugreis.

Marihuana

We hebben een enerverende rit achter de rug. De route van Fes naar Chefchaouen ging door het Rif gebergte. Op een gegeven moment zijn we onverwachts weer een keer van het asfalt geraakt. Het begint een beetje gewoon te worden onverharde wegen te rijden, alsof wij daar een neus voor hebben. Boven op een berg geraken we midden in een markt. We kunnen geen kant meer op. Mensen zijn zeer behulpzaam en wijzen de gaten aan waar wij tussendoor kunnen rijden. Veel mensen roepen naar ons en steken de duim omhoog alsof het een hele prestatie is om met de motor door soms onherbergzaam gebied te rijden. Tegen half elf zijn we in de regio van Ketama. We kopen broodjes in een winkeltje en krijgen meteen de vraag of we roken en marihuana willen hebben. We slaan het aanbod af. Verderop langs de weg zien we een rustige plek om het broodje op te eten. Een vrouw ziet ons aankomen en loopt meteen weg. ze wil niet gezien worden. Zodra we het broodje in ons hand nemen stopt er een auto met een klein kind los op de bijrijdersstoel. De chauffeur stapt uit en biedt ons aam bij hem koffie te komen drinken en ja hoor, marihuana. Ook zijn aanbod slaan wij af. Wij geven het kindje twee snoepjes, de man geeft ons zijn visitekaartje en vertrekt. De volgende twee minuten stoppen er weer twee auto's en weer krijgen we marihuana aangeboden. Het wordt een beetje ongemakkelijk, dus besluiten we snel verder te rijden. Ook langs de weg wordt onze aandacht gevraagd met rookgebaren. Een man springt zowat voor de motor om ons te laten stoppen maar wij kunnen er omheen. De bergroute was overigens wel erg mooi en leuk om te rijden. Deels liep de weg dit keer door een bos van naaldbomen. Het asfalt is op veel stukken zo veel afgesleten dat het spekglad is geworden. Aangekomen in Chefchaouen kijk je de ogen uit. Van boven op de berg kijk je naar een blauw witte stad gelegen in een dal. Blauw is de hoofdkleur. Zelfs de taxi's zijn blauw. Het lijkt wel of elke stad een eigen kleur taxi heeft. In Fes waren de taxi's rood en in Marrakesh beige. Chefchaouen is de laatste pleisterplaats die wij aandoen. Wij verblijven in hotel Atlas.

Fes

In Fes houden we een rustdag. We rijden vandaag geen motor. Te voet gaan we naar de Medina. De afstand is ongeveer vier km. Wij lopen er met een kleine omweg acht. Vlak voor de Medina ligt het Koninklijk paleis. De tuinen zijn erg mooi. Aangekomen in de Oude binnenstad is het contrast tussen arm en rijk duidelijk zichtbaar. Binnen de stadsmuren zijn er veel smalle straatjes met kleine winkeltjes. We lopen door een overdekte markthal waar groenten, vlees en vis wordt verkocht. De koeienpoten en vis ligt ongekoeld op tafels. De vis zit vol vliegen. Er zitten ook mensen op de grond die groenten verkopen. Een man verkoopt losse knoflookteentjes. In een andere steeg zijn veel juweliers gevestigd. Weer in een andere hoek van de stad vinden we twee de hands meubels. Buiten de stad is een lux winkel centrum, Carrefour. Het contrast tussen arm en rijk is enorm. Wij lunchen dit keer bij de Burgerking. Dat is wel lekker, een keer frites met een hamburger. Terug bij het hotel hebben we het oliepeil van de motoren gecontroleerd. Mijn motor heeft wel wat verbruikt en moet bijgevuld worden. Het kijkglas was leeg. Het is gelukkig geen probleem om olie te kopen. 's middags hebben we aan het zwembad gelegen. Morgen willen we uitgerust vertrekken naar Chefchaouen. We rijden dan door Issagouen, ook wel Ketama genoemd. Deze plaats staat bekend als het centrum van de hash teelt. We worden gewaardeerd niet langs de weg te stoppen, ook niet als mensen met "pech" staan. Wij zijn benieuwd naar de lucht die we onderweg gaan ruiken. Morgen zullen we het weten.


Monsterrit

De route van Marrakesh naar Fes is qua afstand een monsterrit. 480 km door de zinderende hitte. Vanochtend om 7:15u vertrokken. Het was nog 18 graden. Na een half uur rijden waren we de stad uit en reden we weer over eindeloze wegen. De temperatuur liep snel op naar 33 graden. Om half een hadden we nog 200 km te gaan. De landschappen zijn heel afwisselend. Van zand en steen komen we in een meer groen agrarisch gebied en dan weer in een rood gekleurd landschap. Langs de weg zien we veel olijfboomgaarden. vanuit stalletjes langs de weg wordt "huile des Olives" verkocht. Om wat tijd te winnen en gewoon omdat wij het leuk vinden om te pionieren hebben we de lunch vandaag langs de weg genuttigd. In een klein winkeltje hebben we brood gekocht. De pindakaas en duo penotti is tenslotte nog niet op. De lunchplaats was langs een meer. Dat was het eerste natuurlijke water dat we in Marokko gezien hebben. De regen van eergisteren niet meegerekend ha ha. De kinderen gaan hier zes dagen per week naar school. Zodra de school uit is lopen er hordes kinderen langs de weg. Veel van hen zwaaien oprecht naar ons als motorrijders. Maar er zijn ook kinderen die steentjes naar ons gooien. Mijn motor is doelwit en de zijkoffer wordt geraakt. Afstappen om een draai tegen de oren te geven is een optie maar ik weet niet wie het gedaan heeft dus rijd ik maar door. De schade is minimaal. Er zal wel ergens een schapenmarkt zijn. Regelmatig passeren auto's met schapen op het dak. Vandaag zijn er ook veel road blocks. De politie zet hier vaak de weg af. Soms zelfs met spijker matten. De auto's worden gecontroleerd. Motorrijders mogen doorrijden. Aan het begin van een bergpas is een ongeluk gebeurd. Twee auto's hebben elkaar geraakt en de weg is geblokkeerd. Aan de kant van de weg zit een verdwaasde man. Waarschijnlijk een gewonde bestuurder van een van de auto's. Rond de auto's staan wel tien mannen door elkaar te schreeuwen en het verkeer te regelen. Daar komt dus niks van terecht. De weg is geblokkeerd. Gelukkig hebben wij niet veel ruimte nodig en kunnen wij onze motoren tussen de gewonde man en de kapotte auto manoeuvreren. Wij vervolgen de weg. We krijgen nog even een paar druppels regen en meteen denk ik aan de modderpoel van eergisteren. Gelukkig blijft die ellende ons vandaag gespaard. Opvallend is dat richting Fes de welvaart toeneemt. Je ziet lang de route mooiere huizen en betere auto's dan in het zuiden. Om 17:15 uur komen we aan bij het hotel in Fes en hebben we deze monsterrit goed volbracht.

MARRAKESH

Naar de binnenstad van Marrakesh gelopen. Op de Medina komen locals actief naar ons toe met de vraag of wij foto's van hen met hun slangen en aapjes willen maken. Wij vinden het zielig die aapjes aan een ketting en gaan er dus niet op in. Het is er een drukte van jewelste. Overal rijden brommers en lopen ezels met karren. Je moet echt oppassen niet overreden te worden. We zijn in kleine achteraf straatjes geweest waar vele verschillende ambachten worden uitgevoerd in vaak voor onze begrippen te kleine en vuile ruimten. De plaatselijke fotograaf verkocht nog fotorolletjes. Een eerste jaars student engels neemt ons door smalle straatjes mee naar een locatie binnen de stadsmuren waar de Berbers leer looien. Om de stank draaglijk te maken krijgen we mintbladeren in onze handen gedrukt. De leerlooiers werken onder barre omstandigheden. Een man lag op de harde grond langs de looiputten te slapen. We hebben tot half twee in de oude binnenstad gelopen. Daarna zijn we te voet 7 km in de hete zon terug gelopen naar het hotel. Onderweg nog een goede daad verricht door een jonge vrouw met baby haar waterfles te vullen. De rest van de dag relaxed bij het hotel.

Glijden en glibberen

Ons volgende hotel is in Marrakesh. De afstand van Zagora naar Marrakesh is ongeveer 361km. Om de warmte voor te blijven zijn we om 7.15u vertrokken. Volgens de navigatie zouden we om 14.00u in Marrakesh zijn. We rijden een alternatieve route door de Draa vallei. Deze weg loopt langs de N9 vanaf Zagora tot Ouaouzagouz. In het begin rijden we achter Harrie aan maar omdat wij foto's willen maken stoppen wij nu en dan met het gevolg dat Harrie uit beeld verdwijnt. Op eigen houtje rijden wij verder en het is ons weer gelukt om de geasfalteerde route kwijt te raken. We komen op een onverharde weg terecht dwars door de palmboom velden. Aan een vriendelijke man op een ezel vragen we of we via deze zandweg op de N9 uitkomen. Dat bleek hetgeval. Eenmaal op de N9 zijn we doorgereden tot Ait-Benhaddou. Een toeristisch stadje dat op de lijst van Unesco Wereld Erfgoed staat. Deze stad dateertuit de elfde eeuw. In deze stad zijn diverse films opgenomen zoals Indiana Jones, Atrix en Obelix, Lawrence of Arabia en natuurlijk de Gladiator. Wij hebben onder begeleiding van een gids ruim een uur onder de hetezon door deze stad gelopen. Van de gids, die zelf in de Gladiator heeft mee gespeeld, kreeg Mark een zwaard om mee op de foto te gaan. Vervolgens zijn we doorgereden over Asif Ounila, een mooie route door het Atlas gebergte. De koffie die we onderweg in een herberg bestelde werd geschonken in soepkommen. Deze koffie hebben we niet af hoeven rekenen omdat ze niet terug hadden van 100 Dirham (10 euro). Het was geen probleem. In ruil voor de koffie heb ik een handvol snoep gegeven voor de kinderen. Ondertussen was het gaan regenen. Wij reden verder en in de bergen verderop stonden een aantal medereizigers. Zij waren gestrand met de motor. Door de regen was de weg spekglad geworden. Daar hebben we veel last van gehad. De weg was onbegaanbaar maar we moesten verder. Er was geen weg terug. De banden van de motoren zaten vol klei en zelf waren we ook 10cm gegroeid van de klei onder de laarzen. Na ons strandden er nog meer motorrijders van onze groep. Het duurde wel 2 uur voordat we weer op de begaanbare weg waren. Door de vele wegwerkzaamheden liepen we ook op deze weg vertraging op. Het begon weer te regen en het was al donker toen we in Marrakesh aankwamen. Marrakesh is een drukke stad. Het verkeer rijdt daar kriskras door elkaar. Met of zonder licht maakt kennelijk niet uit. Wij zijn blij dat wehet hotel om kwart over 7 zonder kleerscheuren bereikt hebben.

Verkoopsmoes

Zonder airco was het toch wel erg warm in het hotel in Merzouga. We hebben vannacht het raam en de buitendeur van onze torenkamer tegenover elkaar open gezet. Pas tegen de ochtend werd de temperatuur draaglijk. Maar vast geslapen hebben we niet. Met 340 km voor de boeg zijn we om 6.30 opgestaan. Langs de route hebben we bij een klein koffie huisje koffie gedronken. Na een kijkje in de keuken mag ik wel zeggen dat wij in Nederland niets te klagen hebben met onze luxe keukens. Onderweg veranderde het landschap van zandgronden in rots/steengronden.100 km verder in de stad Agdz zijn we gestopt om te lunchen. We hebben heerlijk gegeten. Kipspiezen van de bbq met frites aangevuld met druiven, brood en hele lekkere Marokkaanse thee. Vervolgens door een deel van de Draa vallei gereden. Een van de mooiste wegen van Marokko. Maar het mooiste gedeelte rijden wij morgen. De temperatuur liep op tot 34 graden dus we zijn blij dat we op tijd bij het hotel zijn gekomen. 34 graden is nu eenmaal erg warm in een motorpak. Omdat we toch tijd over hadden zijn we een rondje door Zagora gaan wandelen. Al meteen aan de overkant van het hotel zijn we een klein sierraden winkeltje binnen gelokt. De smoes was dat de winkelier een vriend heeft in Nederland die pas vader is geworden en hij wilde graag een kaartje in het Nederlands sturen om zijn Nederlandse vriend te feliciteren. Ik heb braaf een kaartje geschreven en de man zocht het adres in Nederland erbij. Ondertussen werd ons Marokkaanse thee aangeboden. De man was uitermate vriendelijk. Vervolgens werden wij gevraagd of we kleding wilden ruilen. Onze smoes was dat we met de motor weinig mee kunnen nemen en dus niets te ruilen hebben. Daarna kwamen de armbandjes en andere sierraden op tafel. Die hebben we laten liggen. Om weg te komen hebben we gevraagd waar een pharmarcie is. We moesten nog wat pleisters hebben. Ook in de stad zijn we een paar keer aangesproken om kleding te ruilen en in de winkeltjes te komen kijken. Zo langzaam aan leren we het wel om nee te zeggen. Morgen naar Marrakesh. Daar moeten we volgens de postkaartwinkelier in Zagora extra op ons hoede zijn. Terug in het hotel kreeg Marcel zijn motorsleutel van iemand die hem in het contact van de motor zag zitten. Marcel had de sleutel overigens nog niet gemist.